Snelle nasi met satésaus en vegan bakreepjes

Nasi goreng is een gerecht dat iedereen wel kent. Vaak simpelweg nasi genoemd, wat eigenlijk alleen 'rijst' betekent. Nasi goreng betekent 'gebakken rijst'. Bij ons wordt nasi goreng als avondmaaltijd gegeten. In Indonesië eten ze het vaak als ontbijt, gemaakt met restjes van de vorige dag. Dankzij de voorgesneden nasigroenten staat dit gerecht lekker snel op tafel.

1. Breng een pan met water en een snuf zout aan de kook. Spoel de rijst in een zeef onder de kraan en kook in 12-15 minuten gaar. Giet daarna het water af en laat de rijst afkoelen op een plat bord of een platte schaal.
2. Verhit olie in een grote bakpan of wok en bak de bakreepjes 5 minuten. Schep regelmatig om en pers de knoflook erboven uit. Schep uit de pan en hou warm. Gebruik dezelfde pan om de nasigroenten in te bakken (circa 3 minuten). Zet daarna het vuur laag en doe de bakreepjes terug in de pan.
3. Verhit olie in een andere bakpan en roerbak de voorgekookte rijst op een middelhoog vuur krokant. Schep de rijst regelmatig om en blus af met de sojasaus.
4. Doe de satésaus in een steelpan met een scheut water (of plantaardige) melk en verwarm al roerend. Het moet een smeuïge, schenkbare saus worden. Voeg de trassi toe en blijf goed roeren, zodat het niet aanbrandt.
5. Blancheer de taugé door kokend water erover te gieten. Spoel direct af onder de koude kraan. Schep de gebakken rijst en groenten door elkaar en voeg de taugé toe. Serveer de nasi met de pindasaus.