Koolraap in kerriesaus met aardappelpuree en gehaktballetjes

Koolraap was hard op weg om een vergeten groente te worden, maar tegenwoordig staat dit knolgewas weer meer in de belangstelling. En terecht, want het is gezond, erg lekker en je kunt er in de keuken veel kanten mee op. Koolraap is rijk aan vitamine C en staat daarom bekend als 'de citroen van het noorden'. Het heeft een ruwe groengele schil en wordt meestal gekookt of gestoofd gegeten.

1. Breng 2 pannen met water aan de kook. Eentje voor de koolraap en eentje voor de aardappels. Snijd de koolraap in plakken van 1 cm dik en schil ze. Snijd de plakken in ‘frietjes’ en kook afgedekt in 10 minuten beetgaar. Giet daarna het water af en bewaar het kookvocht.
2. Was of schil de aardappels, snijd in kleine stukken en kook in 15-20 minuten gaar. Giet het water af en stamp de aardappels met een pureestamper en wat kookvocht tot een mooie puree. Breng op smaak met zout en peper.
3. Breng het gehakt op smaak met mosterd, zout en peper (of gehaktkruiden) en vorm met je handen gehaktballen (1 grote of meerdere kleintjes). Verwarm olie in een bakpan en bak de gehaktballen bruin en gaar in circa 15 minuten. Voeg eventueel wat water toe tegen het aanbranden en voor een lekkere jus.
4. Pel en snipper de ui. Snijd de bieslook klein. Verwarm de boter in een ruime bakpan en fruit de ui en kerriepoeder op een laag vuur glazig. Voeg al roerend de bloem toe en laat dit 3 minuten zachtjes garen. Schenk dan al roerend wat kookvocht van de koolraap erbij zodat je een glad sausje krijgt. Schep de koolraap frieten door de saus en stoof met de deksel op de pan nog 3 minuten op een laag vuur. Proef en breng op smaak met bieslook, zout en peper.
5. Serveer de aardappelpuree met de koolraap in kerriesaus en de gehaktballen. Lekker met een beetje jus.